Vele muziekkenners vinden Roel Dieltiens één der meest begaafde moderne cellisten van zijn generatie; voor anderen is hij dan weer een specialist in de oude muziek. De pers heeft het over de "revelatie" van de barokcello; radiorecensenten noemen hem een prachtig voorbeeld van de beroemde traditionele Franse celloschool (zes jaar lang leidde hij b.v. het Servais Ensemble) en met zijn cello van Charles Mennegand speelt hij ook hedendaags werk (Penderecki, Kodaly, Van Hove). Hoe kom je als musicus aan een dergelijke veelzijdige beoordeling?
Dankzij een strenge pianolerares! Toen hij 14 was ("in mijn apejaren", zegt hijzelf) zag hij dat dan niet meer zitten. Zijn broer Koen, die blokfluit speelt, raadde hem toen aan cello te kiezen, gewoon omdat hij hem dan kon begeleiden. Roel begon dan ook zonder veel enthousiasme zich toe te leggen op dit instrument. Ook nu is hij nog steeds geen fanatiekeling. Als hij op vakantie gaat, blijft de cello thuis b.v. en in zijn vrije uurtjes luistert hij liever naar Astor Piazzola of Ella Fitzgerald.
Dat je ten huize Dieltiens echter sowieso iets moest doen in de muziek, dat stond vast. Met vader Lode, koster en dirigent van het ANZ, was er buiten de twee broers ook nog een zus die blokfluit speelt. Als je als 17-jarige wordt ontdekt door niemand minder dan Jos Van Immerseel (met wie hij o.m. de Rococo Variaties speelt), dan ben je al een heel eind op weg natuurlijk. Het was dan ook grappig dat Dieltiens in 1995 Van Immerseel opvolgde als beschermeling van de Royale Belge.
Dat was uiteraard lang nadat hij onder begeleiding van prof.André Messens dat hij het hoger diploma voor cello aan het muziekconservatorium van Antwerpen behaalde. Daarna vervolmaakte hij zich bij dezelfde leermeester aan de exclusieve solistenschool die de Muziekkapel Koningin Elisabeth is. Zijn idool Pierre Fournier sprak vol lof over hem. Hijzelf zegt dat hij zo van Fournier houdt "omdat die in staat is te ontroeren en daar gaat het bij mij ook om. Yo Yo Ma of Rostropovitsj zijn natuurlijk wel goede cellisten, maar ze ontroeren mij niet."
Toch was het onder begeleiding van André Navarra ("een totaal andere richting") dat hij aan de Hochschule für Musik te Detmold ging studeren. Ondertussen stapelde hij ook de onderscheidingen op, waarbij we vooral de Tenutoprijs van de BRTN in 1982 onthouden. Tijdens zijn studietijd bleef Roel Dieltiens tegelijk nauwe contacten onderhouden met musici die zich gespecialiseerd hadden in de oude uitvoeringspraktijken. Zo werd hij de vaste continuospeler van altus en dirigent René Jacobs en zo is hij lid van het Orkest van de Achttiende Eeuw van Frans Brüggen.
Deze dirigenten liggen Dieltiens wel. Over anderen heeft hij een enigszins andere mening: "De meeste dirigenten zijn psychiatrische gevallen! Ze reageren woest als je één opmerking durft maken!"
Daarnaast speelde hij ook samen met violist André Gertler en klarinetvirtuoos Walter Boeykens. Deze laatste ging hem voor als Festivalster, maar toch heeft men er bij het FVV geen lessen uitgetrokken, want in de radio-uitzending die Fred Brouwers in 1992 aan hem wijdde ("De Lange Mars") had Dieltiens precies dezelfde kritiek op zijn uitverkiezing als Boeykens: het was veel te laat bekend gemaakt om te kunnen optreden met grote orkesten. Gelukkig stonden er voor Dieltiens wel veel landelijke optredens op het programma.
En stilaan heeft hij ook een valabele discografie op zijn naam staan. Eerst waren er de drie cellosonates van Martinu en de opname van vroege Italiaanse cellomuziek, daarna heeft hij daar de integrale opname van de Bach-suites voor cello-solo aan toegevoegd. Hij kon daartoe worden overhaald op voorwaarde dat hij ze drie jaar opnieuw mocht opnemen, indien hij niet meer tevreden was over zijn huidige prestatie.
August Franchomme is natuurlijk van een ander niveau dan Bach. Dankzij Royale Belge nam hij bij het Franse huis van Harmonia Mundi een CD op met muziek van deze Franse romantische cellovirtuoos (ja die Fransen, nog altijd even chauvinistisch). Als Franchomme al bekend is, dan is het bij cellostudenten, die hem overigens dankzij zijn aartsmoeilijke "caprices" geen goed hart toedragen.
Op de koop toe worden die op school solistisch uitgevoerd, terwijl er eigenlijk ook een partituur voor de leraar bestaat, die er toch een romantische melodie aan toevoegt, die men er op het eerste gehoor niet bij zou vermoeden. Door een gelukkig toeval (een kist vol oude partituren die hij heeft overgekocht van een oude dame) is Roel Dieltiens daaraan geraakt en nu speelt hij die samen met Lidewij Scheifes, de vroegere assistente van Anner Bijlsma.
Hij doet dat op een cello met darmsnaren, gebouwd door Stefano Scarampella uit Mantua in 1894, die zoveel kost dat de Royale Belge het onfatsoenlijk vond om het bedrag te noemen. Zij kochten het instrument voor Roel, die het zo lang mag bespelen als zij het goedvinden. Daarnaast speelt hij ook nog een paar romantische werkjes begeleid door zijn eigen Ensemble Explorations, waarvan vooral die op Schotse en Russische volkswijsjes goed in het hoor liggen. Toch raakt de muziek van Franchomme je te weinig om er een uur lang geconcentreerd naar te luisteren. Ze is echter wel uitstekend geschikt om ze te "shufflen" in een meervoudige CD-speler.
Ronny De Schepper
Auguste Franchomme - Le violoncelle virtuose - Roel Dieltiens & Ensemble Explorations - Harmonia Mundi France 901610
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten