Tom Hanks is op de eerste plaats een komisch acteur. Zeker in zijn beginperiode. We maakten met hem kennis in “Bachelor Party” en daarna was er “Big” van Penny Marshall, maar als ik me goed herinner werd hij zelfs in “Dragnet” (Tom Mankiewicz, 1987) nog als komisch talent opgevoerd. Daarna werd Tom Hanks echter totaal gemiscast in “The bonfire of the vanities” (Brian De Palma). Ook het succes van de tearjerker "Sleepless in Seattle" met Meg Ryan was voor mij een raadsel. Hanks hield er voor zichzelf ook nog een tweede nominatie als beste komische acteur aan over. Maar toen kwam "Philadelphia" en van dan af werd Hanks wel degelijk als een all-round topacteur beschouwd. Zoals men weet heeft het dankwoord van Hanks op de oscaruitreiking aanleiding gegeven tot de komedie “In and out” met Kevin Kline. Omdat het niet zo bedoeld was, wilde Hanks daarom nog eens expliciet zeggen dat hij wel degelijk tégen outing is, maar hij voegde er wel aan toe: "We leven anderzijds niet meer in 1962 toen Rock Hudson met zijn persagente moest trouwen om roddeltantes als Hedda Hopper de pas af te snijden."
Het jaar daarop ging de oscar voor de beste acteur voor de tweede opeenvolgende keer naar Tom Hanks (na "Philadelphia" nu "Forrest Gump", waarvoor hij ook al een Golden Globe had gekregen). Daarmee evenaarde hij de prestatie van Spencer Tracy die in 1937 werd bekroond voor "Captain Courageous" en een jaar later voor "Boys Town". Bij de oscars staan komische films echter duidelijk nog altijd laag aangeschreven. Daarom kwam Hanks voor "Punchline", een film met Sally Field, gebaseerd op het leven van Roseanne Barr, niet in aanmerking, maar voor "Apollo 13" maakte hij wel een kans om de eerste te zijn om een hattrick te scoren. Als ik me niet vergis, werd de nominatie deze keer echter niet omgezet.
Op 26/12/95 werd Hanks ook voor een vierde keer vader. Voor zijn vrouw Rita Wilson was Truman Theodore haar tweede kind, hun eerste, Chester, is reeds vijf en werd eveneens naar een president (Chester Allen Arthur) genoemd. Uit zijn eerste huwelijk met Samantha Lewis heeft hij ook nog een zoon en een dochter.
Met een aflevering uit de reeks "Fallen angels" maakte hij ondertussen ook zijn (geapprecieerd) debuut als regisseur met "I'll be waiting" naar een verhaal van Raymond Chandler met allemaal onbekende acteurs, behalve dan precies Hanks zelf. Toch ging in Toronto 1996 zijn "That thing you do!" de mist in. "Misschien hadden we er ook niet meer van moeten verwachten," schrijft Patrick Duynslaegher in Knack, want de film "weerspiegelt gewoon de persoonlijkheid van de superster die toch zowat de incarnatie is van het allerbanaalste Amerika.” Zelf speelt Hanks slechts een bijrol in deze geschiedenis van een fictief popgroepje ("The Wonders") in de jaren zestig. "Hanks viel vooral door de mand," gaat Duynslaegher verder, "omdat een verwante film zoveel beter was. Maar dan wel een muziekfilm over vrouwen, gepatroneerd door Martin Scorsese. Grace of my Heart is Allison Anders' ode aan de muziek die in de jaren vijftig en zestig ontsproot in de legendarische Brill Building op Broadway, een echte hitfabriek.”
Zelf vond ik “That thing you do!” helemaal niet slecht en vorige week heb ik nog genoten van Hanks' vertolking in “Cast Away”. En ik ben natuurlijk ook erg benieuwd naar zijn rol in “The Da Vinci Code”. Aangezien ik geen voet meer zet in de popcornfabrieken die de moderne cinemazalen geworden zijn, zit ik immers nog steeds op de televisiepremière te wachten.
dinsdag 8 januari 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten